Naast de jaarlijkse terugkerende lasten zijn er kosten die incidenteel voorkomen. Deze kosten dekken we uit eenmalige middelen zoals de algemene reserve en de bestemmingsreserves. De algemene reserve is de spaarpot voor incidentele uitgaven. Overschotten en meevallers worden hier aan toegevoegd.
Een deel van de algemene reserve houden we (verplicht) achter de hand voor onvoorziene uitgaven (de weerstandscapaciteit). Dit bedrag is momenteel € 13 miljoen. Het meerdere is vrij besteedbaar voor bestuurlijke ambities die eenmalig gedekt kunnen worden. Een volledig overzicht van de algemene reserve is opgenomen in de bijlagen bij deze kadernota.
De onderstaande tabel geeft meerjarig inzicht in de vrij besteedbare ruimte van de algemene reserve, inclusief het nieuw beleid voor deze kadernota:
Bedragen * € 1.000
Omschrijving |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
---|---|---|---|---|
Stand per 01-01 |
21.700 |
15.448 |
5.765 |
-2.644 |
Onttrekkingen al besloten |
-3.377 |
-2.102 |
-450 |
|
Kadernota 2025-2028 |
-2.304 |
-936 |
-501 |
|
Vrije begrotingsruimte |
-571 |
-6.645 |
-7.459 |
-7.523 |
Totaal vrij besteedbaar |
15.448 |
5.765 |
-2.644 |
-10.167 |
In de komende jaren ontstaat er ook een tekort in de vrij besteedbare ruimte van de algemene reserve. De belangrijkste reden hiervoor is de verwachte daling van onze financiële ruimte, wat resulteert in negatieve begrotingssaldo's van 2026 tot en met 2028. Om deze tekorten op te vangen, moeten we geld uit de algemene reserve halen. Dit leidt tot een beeld dat niet voldoet aan onze financiële kaders. Verderop in deze kadernota komen we terug op maatregelen.